Niek (links) en Willem voor Fort Ossenmarkt
Houten huizen
Bijna 40 jaar na dato wonen de initiatiefnemers er nog steeds. Ze gingen de groene wildernis te lijf, knapten zelf verwaarloosde schuren en loodsen op en lieten drie eenvoudige houten huizen bouwen. Een voormalige munitieloods werd De Theetuin. “Onze gezamenlijke hobby, geïnspireerd op Engelse landhuizen als Sissinghurst en Hidcote. Een combinatie van mooie tuinen, een tuincentrumpje en een theetuin.”
In het weekend reden ze met een vrachtwagentje naar rommelmarkten in België en Frankrijk en kochten honderden bistro-setjes en Italiaans aardewerk. “Dat verkochten we hier. Nadat er een artikel in VT Wonen had gestaan liep het storm.” Niek wijst op een rij oude metalen sierhekken: “We organiseren nu af en toe een plantenmarkt, dan zijn die ook te koop.”
‘Het terrein was helemaal verwilderd. Maar we wisten zeker: dit is het.’
Vestingwal
De vijf bewoners voelen zich bevoorrecht dat ze deze plek bezitten, zegt Niek. Hij duwt een hek open en loopt via een metalen trap het talud van de vestingwal op, langs zwarte Ouessant-schapen. “Zij houden het gras kort.” Dit enorme terrein onderhouden is veel werk. “Zie je hoe strak die hagen zijn? Het snoeien is mijn werk. Iedereen heeft z’n taken hier.” Hij geniet elke dag nog van deze plek, zegt hij: “Ik vind het fantastisch als anderen hier ook van genieten. Alleen op zondag doen we het hek dicht. Dan hebben we rust en doen het onderhoud.”
Vier schansen
De Bakkerschans, zoals de vestingwal bij de theetuin heet, is één van de in totaal vier schansen van Weesp. Het zijn vestingwallen die rond 1670 werden aangelegd en de stad moesten beschermen tegen de vijand. In het torenfort waren soldaten gelegerd. Twee verdedigingslinies komen in Weesp bij elkaar: de Hollandse Waterlinie en de Stelling van Amsterdam, beide Unesco Werelderfgoed.
De andere drie schansen van Weesp (Nieuwe Achtkant, Roozeboomschans en Draaierschans) zijn eigendom van de gemeente, vertelt Jeroen van Kemenade, omgevingsmanager stedelijke projecten groen. “Die schansen vormen samen het stadspark van Weesp. Maar het verdient meer aandacht. We gaan groot onderhoud plegen, de natuurwaarde versterken en er komen goede en voor iedereen toegankelijke wandelpaden.”
Bij de Nieuwe Achtkant is zo’n tien jaar geleden een coupure gemaakt, een doorgang met witte betonnen wanden. Jeroen: “Die is nogal dominant. Er is een burgerinitiatief geweest om dit aan te passen. We gaan de wanden verlagen en vervangen door cortenstaal, dat wordt harmonieuzer.” Ook bij de Nieuwstad, tussen de Draaier- en Roozeboomschans, komt zo’n cortenstalen coupure. “Doordat de nieuwe paden de vorm van de schansen gaan volgen, kan iedereen ervaren dat het oorspronkelijk verdedigingswallen waren.”
‘Doordat de nieuwe paden de vorm van de schansen gaan volgen, kan iedereen ervaren dat het oorspronkelijk verdedigingswallen waren.’
Jeroen van Kemenade
Roeiers op de Vecht bij de Groene Punt
Coupure (doorgang) bij de Nieuwe Achtkant, aan de zuidkant van het eiland
De Lange Vechtbrug verbindt de Ossenmarkt met de binnenstad van Weesp
Creatief
Willem Hilders woont al bijna zijn hele leven in Weesp, maar kwam als kind nooit in dit deel van de stad. “Het was van Defensie. Verboden terrein.” Nu loopt hij bijna dagelijks over de slotgrachtbrug naar het fort. Willem is voorzitter van de Kreatieve Groep Weesp, die van maandag tot donderdag tientallen creatieve activiteiten verzorgt in het ronde torenfort. De KGW zit hier al 30 jaar. “Zo’n mooie plek, je voelt de historie.” Trots laat hij de houtbewerkingsmachines zien, de keuken (‘elke woensdag koken de vrijwilligers van de kookgroep Weesp hier maaltijden voor Weespers die het niet zo breed hebben, die bezorgen ze aan huis’), de schildersezels in een ruimte met daglichtlampen: “Natuurlijk licht komt hier bijna niet binnen.”
Meer dan driehonderd Weespers komen hier wekelijks over de vloer. Een laagdrempelige voorziening. Ook de Gooische Muziekschool, de Historische Kring Weesp en een aantal kunstenaars huren hier ruimtes. Niek: “Zo mooi, dan loop je langs het fort en dan hoor je buiten piano- en vioolmuziek.” Willem maakt zich wel zorgen, zegt hij. “Nu we sinds maart een gebiedsdeel van Amsterdam zijn, is de huur verviervoudigd. Het verschil wordt de eerste vijf jaar gecompenseerd, maar hoe het daarna moet weet ik nog niet.”
Het samengaan van Weesp en Amsterdam is voor iedereen nog wennen, ziet gebiedsmakelaar Youssef Bouazza. Hij is de verbinder tussen bewoners/ ondernemers van Weesp en de diverse teams van de gemeente Amsterdam. “Amsterdam heeft er met Weesp een monumentale stad met rijk cultureel erfgoed en een actief verenigingsleven bij gekregen. Weesp kan profiteren van alle kennis en ervaring vanuit Amsterdam, maar raakt ook de kleinschaligheid van de eigen gemeentelijke organisatie kwijt. Die overgangsfase is voor iedereen wennen.”
‘Zo mooi, dan loop je langs het fort en dan hoor je buiten piano- en vioolmuziek.’
Youssef Bouazza
Bar Blauw (voorheen De Theetuin) – ooit een munitieloods, nu een plek vol idealen
Optimaal genieten
De Theetuin heet sinds kort Bar Blauw. Toon, zoon van Niek Roozen, is nu uitbater, samen met compagnon Bobby Bruins. Zij willen hier de zesde ‘blauwe zone’ van de wereld maken: plekken waar mensen gelukkig en gezond samen kunnen leven en oud worden.
Dat een volgende generatie hier met zulke idealen aan het werk gaat vindt hij fijn, zegt Niek. “Het lijkt alsof er niets verandert hier, maar er gebeurt natuurlijk van alles. Wij onderzoeken of we met ons deel van het eiland van het gas afkunnen. De klimaatverandering vraagt om andere beplanting - dat ontwerpt tuinexpert Jacqueline van der Kloet, die hier ook woont. We planten bomen die bijen aantrekken. Ons gereedschap werkt nu op accu’s. We willen graag een kleine windmolen.” De eerste bewoners van de Bakkerschans deden de exploitatie van het theehuis er voor de lol bij, naast hun werk. “Het kostte meer dan het opleverde.” De horeca is nu in professionele handen. “Maar dat zie je eigenlijk niet. De rustige en mooie sfeer is behouden.”
We zitten aan de Ossenmarkt in Weesp. Op tien minuten lopen vanaf station Weesp is dit een groene oase, een eiland van zo’n vijf hectare, dat je via een romantische witte ophaalbrug bereikt. Direct zie je het historische bakstenen torenfort, met slotgracht. Maar dit eiland biedt meer: er zijn twee horecagelegenheden, er is een jachthaven, een oorlogsmonument waar elk jaar de 4 mei-herdenking plaatsvindt, er staan zo’n vijftig woningen en langs de Vecht ligt de Groene Punt: een populaire zwem- en chillplek ’s zomers.
Een deel van het eiland is privéterrein; daar woont Niek Roozen. Met zijn twee buren is hij sinds 1983 eigenaar van anderhalve hectare eiland: de Bakkerschans. Niek: “Domeinen, destijds de vastgoedafdeling van Defensie, bood het terrein in de krant te koop aan. We zijn met drie vrienden, allemaal afgestudeerd als landschapsarchitect in Boskoop, stiekem over het hek geklommen. Het terrein was helemaal verwilderd. Maar we wisten zeker: dit is het. Hier willen we samen wonen, werken en onze hobby uitoefenen.”
Zittend op de Groene Punt met uitzicht op de Sluisbrug en de Laurentiuskerk
Tekst: Anka van Voorthuijsen
Fotografie: Paul Tolenaar
Niek Roozen loopt het eenvoudige groenblauwe gebouw binnen om koffie te bestellen. Soepel ontwijkt hij de kinderen die op de grond met lego en playmobil spelen. Hun ouders zitten aan tafeltjes met laptops, koffie en appeltaart. “Fantastisch toch?” “Dit is echt een verborgen juweel” beaamt Willem Hilders. “Er zijn nog steeds Weespers die deze plek niet kennen. En Amsterdammers hebben al helemaal geen idee.”
Tekst: Anka van Voorthuijsen
Fotografie: Paul Tolenaar
Niek Roozen loopt het eenvoudige groenblauwe gebouw binnen om koffie te bestellen. Soepel ontwijkt hij de kinderen die op de grond met lego en playmobil spelen. Hun ouders zitten aan tafeltjes met laptops, koffie en appeltaart. “Fantastisch toch?” “Dit is echt een verborgen juweel” beaamt Willem Hilders. “Er zijn nog steeds Weespers die deze plek niet kennen. En Amsterdammers hebben al helemaal geen idee.”
We zitten aan de Ossenmarkt in Weesp. Op tien minuten lopen vanaf station Weesp is dit een groene oase, een eiland van zo’n vijf hectare, dat je via een romantische witte ophaalbrug bereikt. Direct zie je het historische bakstenen torenfort, met slotgracht. Maar dit eiland biedt meer: er zijn twee horecagelegenheden, er is een jachthaven, een oorlogsmonument waar elk jaar de 4 mei-herdenking plaatsvindt, er staan zo’n vijftig woningen en langs de Vecht ligt de Groene Punt: een populaire zwem- en chillplek ’s zomers.
Een deel van het eiland is privéterrein; daar woont Niek Roozen. Met zijn twee buren is hij sinds 1983 eigenaar van anderhalve hectare eiland: de Bakkerschans. Niek: “Domeinen, destijds de vastgoedafdeling van Defensie, bood het terrein in de krant te koop aan. We zijn met drie vrienden, allemaal afgestudeerd als landschapsarchitect in Boskoop, stiekem over het hek geklommen. Het terrein was helemaal verwilderd. Maar we wisten zeker: dit is het. Hier willen we samen wonen, werken en onze hobby uitoefenen.”
Niek (links) en Willem voor Fort Ossenmarkt
Houten huizen
Bijna 40 jaar na dato wonen de initiatiefnemers er nog steeds. Ze gingen de groene wildernis te lijf, knapten zelf verwaarloosde schuren en loodsen op en lieten drie eenvoudige houten huizen bouwen. Een voormalige munitieloods werd De Theetuin. “Onze gezamenlijke hobby, geïnspireerd op Engelse landhuizen als Sissinghurst en Hidcote. Een combinatie van mooie tuinen, een tuincentrumpje en een theetuin.”
In het weekend reden ze met een vrachtwagentje naar rommelmarkten in België en Frankrijk en kochten honderden bistro-setjes en Italiaans aardewerk. “Dat verkochten we hier. Nadat er een artikel in VT Wonen had gestaan liep het storm.” Niek wijst op een rij oude metalen sierhekken: “We organiseren nu af en toe een plantenmarkt, dan zijn die ook te koop.”
‘Het terrein was helemaal verwilderd. Maar we wisten zeker: dit is het.’
Vestingwal
De vijf bewoners voelen zich bevoorrecht dat ze deze plek bezitten, zegt Niek. Hij duwt een hek open en loopt via een metalen trap het talud van de vestingwal op, langs zwarte Ouessant-schapen. “Zij houden het gras kort.” Dit enorme terrein onderhouden is veel werk. “Zie je hoe strak die hagen zijn? Het snoeien is mijn werk. Iedereen heeft z’n taken hier.” Hij geniet elke dag nog van deze plek, zegt hij: “Ik vind het fantastisch als anderen hier ook van genieten. Alleen op zondag doen we het hek dicht. Dan hebben we rust en doen het onderhoud.”
Vier schansen
De Bakkerschans, zoals de vestingwal bij de theetuin heet, is één van de in totaal vier schansen van Weesp. Het zijn vestingwallen die rond 1670 werden aangelegd en de stad moesten beschermen tegen de vijand. In het torenfort waren soldaten gelegerd. Twee verdedigingslinies komen in Weesp bij elkaar: de Hollandse Waterlinie en de Stelling van Amsterdam, beide Unesco Werelderfgoed.
De andere drie schansen van Weesp (Nieuwe Achtkant, Roozeboomschans en Draaierschans) zijn eigendom van de gemeente, vertelt Jeroen van Kemenade, omgevingsmanager stedelijke projecten groen. “Die schansen vormen samen het stadspark van Weesp. Maar het verdient meer aandacht. We gaan groot onderhoud plegen, de natuurwaarde versterken en er komen goede en voor iedereen toegankelijke wandelpaden.”
Bij de Nieuwe Achtkant is zo’n tien jaar geleden een coupure gemaakt, een doorgang met witte betonnen wanden. Jeroen: “Die is nogal dominant. Er is een burgerinitiatief geweest om dit aan te passen. We gaan de wanden verlagen en vervangen door cortenstaal, dat wordt harmonieuzer.” Ook bij de Nieuwstad, tussen de Draaier- en Roozeboomschans, komt zo’n cortenstalen coupure. “Doordat de nieuwe paden de vorm van de schansen gaan volgen, kan iedereen ervaren dat het oorspronkelijk verdedigingswallen waren.”
‘Doordat de nieuwe paden de vorm van de schansen gaan volgen, kan iedereen ervaren dat het oorspronkelijk verdedigingswallen waren.’
Jeroen van Kemenade
Roeiers op de Vecht bij de Groene Punt
Coupure (doorgang) bij de Nieuwe Achtkant, aan de zuidkant van het eiland
De Lange Vechtbrug verbindt de Ossenmarkt met de binnenstad van Weesp
Creatief
Willem Hilders woont al bijna zijn hele leven in Weesp, maar kwam als kind nooit in dit deel van de stad. “Het was van Defensie. Verboden terrein.” Nu loopt hij bijna dagelijks over de slotgrachtbrug naar het fort. Willem is voorzitter van de Kreatieve Groep Weesp, die van maandag tot donderdag tientallen creatieve activiteiten verzorgt in het ronde torenfort. De KGW zit hier al 30 jaar. “Zo’n mooie plek, je voelt de historie.” Trots laat hij de houtbewerkingsmachines zien, de keuken (‘elke woensdag koken de vrijwilligers van de kookgroep Weesp hier maaltijden voor Weespers die het niet zo breed hebben, die bezorgen ze aan huis’), de schildersezels in een ruimte met daglichtlampen: “Natuurlijk licht komt hier bijna niet binnen.”
Meer dan driehonderd Weespers komen hier wekelijks over de vloer. Een laagdrempelige voorziening. Ook de Gooische Muziekschool, de Historische Kring Weesp en een aantal kunstenaars huren hier ruimtes. Niek: “Zo mooi, dan loop je langs het fort en dan hoor je buiten piano- en vioolmuziek.” Willem maakt zich wel zorgen, zegt hij. “Nu we sinds maart een gebiedsdeel van Amsterdam zijn, is de huur verviervoudigd. Het verschil wordt de eerste vijf jaar gecompenseerd, maar hoe het daarna moet weet ik nog niet.”
Het samengaan van Weesp en Amsterdam is voor iedereen nog wennen, ziet gebiedsmakelaar Youssef Bouazza. Hij is de verbinder tussen bewoners/ ondernemers van Weesp en de diverse teams van de gemeente Amsterdam. “Amsterdam heeft er met Weesp een monumentale stad met rijk cultureel erfgoed en een actief verenigingsleven bij gekregen. Weesp kan profiteren van alle kennis en ervaring vanuit Amsterdam, maar raakt ook de kleinschaligheid van de eigen gemeentelijke organisatie kwijt. Die overgangsfase is voor iedereen wennen.”
‘Zo mooi, dan loop je langs het fort en dan hoor je buiten piano- en vioolmuziek.’
Youssef Bouazza
Bar Blauw (voorheen De Theetuin) – ooit een munitieloods, nu een plek vol idealen
Optimaal genieten
De Theetuin heet sinds kort Bar Blauw. Toon, zoon van Niek Roozen, is nu uitbater, samen met compagnon Bobby Bruins. Zij willen hier de zesde ‘blauwe zone’ van de wereld maken: plekken waar mensen gelukkig en gezond samen kunnen leven en oud worden.
Dat een volgende generatie hier met zulke idealen aan het werk gaat vindt hij fijn, zegt Niek. “Het lijkt alsof er niets verandert hier, maar er gebeurt natuurlijk van alles. Wij onderzoeken of we met ons deel van het eiland van het gas afkunnen. De klimaatverandering vraagt om andere beplanting - dat ontwerpt tuinexpert Jacqueline van der Kloet, die hier ook woont. We planten bomen die bijen aantrekken. Ons gereedschap werkt nu op accu’s. We willen graag een kleine windmolen.” De eerste bewoners van de Bakkerschans deden de exploitatie van het theehuis er voor de lol bij, naast hun werk. “Het kostte meer dan het opleverde.” De horeca is nu in professionele handen. “Maar dat zie je eigenlijk niet. De rustige en mooie sfeer is behouden.”
Zittend op de Groene Punt met uitzicht op de Sluisbrug en de Laurentiuskerk