Slim transformeren met een paar gouden regels
Schinkelkwartier en Schinkelhaven
Verrassende buren door functiemenging
11.000 nieuwe woningen en 2,5 miljoen vierkante meter aan werkplekken, een verbinding tussen Nieuw-West en Oud-Zuid en een parkachtige verbinding tussen Vondelpark en Nieuwe Meer. Dat zijn enkele van de gemeentelijk ambities voor Schinkelkwartier. De gemeente transformeert het werkgebied tot stadswijk in een tijd dat de bouwconjunctuur onder druk staat. Stedenbouwkundig hoofdontwerper Toine van Goethem plaatst meteen een kanttekening: “Bezuinigen is in ons vak van alle tijden. Met slim transformeren kun je voorsorteren op aanstaande bezuinigingen en overkomt het je niet.”
Tekst: Hans Fuchs
Fotografie: Kick Smeets
In Schinkelkwartier komen twee stedenbouwkundige idealen samen: de gesloten blokkenstad van Berlage en de open parkstad van van Eesteren. Een belangrijke inspiratiebron voor die visie is Boulogne Billancourt, de herontwikkeling van de Parijse Renaultfabrieken tot een blokkenstad met openbare groene binnenterreinen. Toine van Goethem: “Door het grid van stadsstraten loopt daar een dwaalmilieu van groene oases binnen de blokken. Geïnspireerd door Billancourt proberen we in Schinkelkwartier Van Eesteren en Berlage samen te brengen en te vertalen naar de 21e eeuw, met hoge dichtheid en functiemenging.”
Spelletjesmaker
Toine van Goethem vergelijkt transformatieprojecten met ‘wilde tuinen’: “Er komt van alles aanwaaien – initiatieven voor programma’s, gebouwen en aanpassingen van de openbare ruimte. Als je die bestudeert voel je waar een gebied naar toe wil. In die zin is transformatie wezenlijk anders dan nieuwe uitleg. Zaailingen zijn in zo’n wilde tuin interessanter en doen het beter dan vooraf geplante afrikaantjes. Alleen de brandnetels weghalen, is vaak genoeg.”
“Bij transformatie ben ik als stedenbouwer geen auteur of architect, maar eerder doe ik voorstellen voor een spel, waar van de regels collectief worden vastgesteld. Een goed spel heeft weinig regels waardoor er meer ruimte is voor spontaniteit. Goede spelregels zijn precies, eenvoudig en leggen zichzelf uit. Bij stedelijke transformatie is het spel is voor iedereen gelijk en dient het algemeen belang.”
In het deelgebied Schinkelhaven proberen de stedenbouwers van de gemeente Amsterdam met maximaal tien van zulke regels eigenaren te inspireren om de huidige, vaak leegstaande opslagloodsen te transformeren naar stedelijke panden met een functiemix van wonen en werken en een positieve uitstraling op de openbare ruimte. Toine van Goethem: “Schinkelhaven is nu een extensief monofunctioneel werkgebied. In de gemeentelijke ambitie wordt het een groen-blauwe schakel tussen Amsterdam en Nieuwe Meer en een binnenstedelijke stadswijk voor wonen, creativiteit, bewegen en uitgaan. Centraal in de wijk ligt de haven met veel café’s, terrassen en culturele activiteiten. De centrale opgaven in Schinkelhaven zijn verdichten (woningen toevoegen), verbinden - (langzaam verkeer in plaats van auto) - en vergroenen (leefbaarheid).”
Retail en horeca doen hun intrede
Aanhaken op het dna
Schinkelhaven is binnen Schinkelkwartier een beetje een vreemde eend in de bijt, aldus Toine van Goethem: “Het is een volgebouwd vooroorlogs industriegebied. Het eigendom is versnipperd over meer dan 50 eigenaren. Het ligt direct aan de A10 én onder een aanvliegroute van Schiphol waardoor er veel lawaai en stank is van auto's en vliegtuigen. In de straten staan vrijwel geen bomen vanwege ondergrondse infra en vanaf de smalle groenstrook langs de Schinkel is er geen zicht op het water.” Toch is het een uniek, fascinerend stukje stad: “De kavels liggen direct aan de straat en zijn volledig gevuld. Dat geeft het gebied een binnenstedelijk karakter. De kleinschalige panden zijn divers. De transformatieregels sluiten aan bij dat dna: we zetten in op kleinschalige pandsgewijze ontwikkeling, beperkte bouwhoogte, uitgevulde rooilijnen en diversiteit van functies: een makersdistrict met gemengde woonwerkstraten.”
Speelruimte
Fraaie plannen, maar wat als het tij keert, financieel? De spelregels bieden ruimte om daar op te anticiperen. Van Goethem: “De spelregels zijn de knoppen waaraan we kunnen draaien om de financiën op orde te houden. Respect voor het dna van het gebied is cruciaal. We tornen in Schinkelhaven niet aan de structuur van individuele panden die samen de openbare ruimte vormen. We houden vast aan de plint als entree, transparant en met publieksfunctie.”
Vanuit het dna van Schinkelhaven zou je hier de verplichting om ondergronds te parkeren kunnen loslaten, aldus Van Goethem. Weer een spelregel minder: “Als parkeren in de kern van het blok wordt omzoomd met een goede plint, is bovengronds parkeren te overwegen. Op maaiveld is in de kern van het blok ruimte voor fietsparkeren en productieve bedrijvigheid. Het autoparkeren kan dan in de kelder of op verdieping worden gesitueerd, mits omzoomd door kantoren of woningen aan de straat. Voorwaarde is wel een goede binnentuin met grote bomen. Als de binnentuin verhoogd is, ontstaat een betere hoogte/breedte verhouding: het binnenhof wordt minder een put.”
Het niet meer verplichten van ondergronds parkeren is volgens Van Goethem zo gunstig voor de ontwikkelaar, dat veel kleinere bezuinigingen niet meer nodig zijn: “Het is wel belangrijk om deze bezuinigingen goed af te stemmen met collega’s die in andere gebieden wel ondergronds parkeren afdwingen. Het moet voor iedereen duidelijk zijn waarom de regels hier zo zijn ontstaan.”
Slim transformeren
met een paar gouden regels
Schinkelkwartier en Schinkelhaven
Inhoud
English
11.000 nieuwe woningen en 2,5 miljoen vierkante meter aan werkplekken, een verbinding tussen Nieuw-West en Oud-Zuid en een parkachtige verbinding tussen Vondelpark en Nieuwe Meer. Dat zijn enkele van de gemeentelijk ambities voor Schinkelkwartier. De gemeente transformeert het werkgebied tot stadswijk in een tijd dat de bouwconjunctuur onder druk staat. Stedenbouwkundig hoofdontwerper Toine van Goethem plaatst meteen een kanttekening: “Bezuinigen is in ons vak van alle tijden. Met slim transformeren kun je voorsorteren op aanstaande bezuinigingen en overkomt het je niet.”
Tekst: Hans Fuchs
Fotografie: Kick Smeets
In Schinkelkwartier komen twee stedenbouwkundige idealen samen: de gesloten blokkenstad van Berlage en de open parkstad van van Eesteren. Een belangrijke inspiratiebron voor die visie is Boulogne Billancourt, de herontwikkeling van de Parijse Renaultfabrieken tot een blokkenstad met openbare groene binnenterreinen. Toine van Goethem: “Door het grid van stadsstraten loopt daar een dwaalmilieu van groene oases binnen de blokken. Geïnspireerd door Billancourt proberen we in Schinkelkwartier Van Eesteren en Berlage samen te brengen en te vertalen naar de 21e eeuw, met hoge dichtheid en functiemenging.”
Spelletjesmaker
Toine van Goethem vergelijkt transformatieprojecten met ‘wilde tuinen’: “Er komt van alles aanwaaien – initiatieven voor programma’s, gebouwen en aanpassingen van de openbare ruimte. Als je die bestudeert voel je waar een gebied naar toe wil. In die zin is transformatie wezenlijk anders dan nieuwe uitleg. Zaailingen zijn in zo’n wilde tuin interessanter en doen het beter dan vooraf geplante afrikaantjes. Alleen de brandnetels weghalen, is vaak genoeg.”
“Bij transformatie ben ik als stedenbouwer geen auteur of architect, maar eerder doe ik voorstellen voor een spel, waar van de regels collectief worden vastgesteld. Een goed spel heeft weinig regels waardoor er meer ruimte is voor spontaniteit. Goede spelregels zijn precies, eenvoudig en leggen zichzelf uit. Bij stedelijke transformatie is het spel is voor iedereen gelijk en dient het algemeen belang.”
In het deelgebied Schinkelhaven proberen de stedenbouwers van de gemeente Amsterdam met maximaal tien van zulke regels eigenaren te inspireren om de huidige, vaak leegstaande opslagloodsen te transformeren naar stedelijke panden met een functiemix van wonen en werken en een positieve uitstraling op de openbare ruimte. Toine van Goethem: “Schinkelhaven is nu een extensief monofunctioneel werkgebied. In de gemeentelijke ambitie wordt het een groen-blauwe schakel tussen Amsterdam en Nieuwe Meer en een binnenstedelijke stadswijk voor wonen, creativiteit, bewegen en uitgaan. Centraal in de wijk ligt de haven met veel café’s, terrassen en culturele activiteiten. De centrale opgaven in Schinkelhaven zijn verdichten (woningen toevoegen), verbinden - (langzaam verkeer in plaats van auto) - en vergroenen (leefbaarheid).“
Aanhaken op het dna
Schinkelhaven is binnen Schinkelkwartier een beetje een vreemde eend in de bijt, aldus Toine van Goethem: “Het is een volgebouwd vooroorlogs industriegebied. Het eigendom is versnipperd over meer dan 50 eigenaren. Het ligt direct aan de A10 én onder een aanvliegroute van Schiphol waardoor er veel lawaai en stank is van auto's en vliegtuigen. In de straten staan vrijwel geen bomen vanwege ondergrondse infra en vanaf de smalle groenstrook langs de Schinkel is er geen zicht op het water.” Toch is het een uniek, fascinerend stukje stad: “De kavels liggen direct aan de straat en zijn volledig gevuld. Dat geeft het gebied een binnenstedelijk karakter. De kleinschalige panden zijn divers. De transformatieregels sluiten aan bij dat dna: we zetten in op kleinschalige pandsgewijze ontwikkeling, beperkte bouwhoogte, uitgevulde rooilijnen en diversiteit van functies: een makersdistrict met gemengde woonwerkstraten.”
Speelruimte
Fraaie plannen, maar wat als het tij keert, financieel? De spelregels bieden ruimte om daar op te anticiperen. Van Goethem: “De spelregels zijn de knoppen waaraan we kunnen draaien om de financiën op orde te houden. Respect voor het dna van het gebied is cruciaal. We tornen in Schinkelhaven niet aan de structuur van individuele panden die samen de openbare ruimte vormen. We houden vast aan de plint als entree, transparant en met publieksfunctie.”
Vanuit het dna van Schinkelhaven zou je hier de verplichting om ondergronds te parkeren kunnen loslaten, aldus Van Goethem. Weer een spelregel minder: “Als parkeren in de kern van het blok wordt omzoomd met een goede plint, is bovengronds parkeren te overwegen. Op maaiveld is in de kern van het blok ruimte voor fietsparkeren en productieve bedrijvigheid. Het autoparkeren kan dan in de kelder of op verdieping worden gesitueerd, mits omzoomd door kantoren of woningen aan de straat. Voorwaarde is wel een goede binnentuin met grote bomen. Als de binnentuin verhoogd is, ontstaat een betere hoogte/breedte verhouding: het binnenhof wordt minder een put.”
Het niet meer verplichten van ondergronds parkeren is volgens Van Goethem zo gunstig voor de ontwikkelaar, dat veel kleinere bezuinigingen niet meer nodig zijn: “Het is wel belangrijk om deze bezuinigingen goed af te stemmen met collega’s die in andere gebieden wel ondergronds parkeren afdwingen. Het moet voor iedereen duidelijk zijn waarom de regels hier zo zijn ontstaan.”